De tuin van de Terkamerenabdij is een pittoreske plek met een rijke geschiedenis. De tuinen, aangelegd in het begin van de 18e eeuw, bestaan uit 5 opeenvolgende terrassen. Met een oppervlakte van ongeveer 5 hectare, verspreid over het grondgebied van de stad Brussel en de gemeente Elsene, werden ze rond 1720 in Franse stijl ontworpen en in 1927 in neo-renaissancestijl gerenoveerd door landschapsarchitect Jules Buyssens.
>>> We starten de wandeling aan de halte Ter Kameren-Ster van tram 7. We stappen naar de Emile De Motlaan tot aan het meest zuidelijke punt van de tuinen. De tuinen bevinden zich aan de linkerkant.De eerste interessante groep bomen die we tegenkomen is de rij platanen langs de laan. Het gaat om hybride platanen, Platanus x hispanica, die zijn ontstaan uit een kruising van de P. occidentalis met de P. orientalis.
>>> Ga de Tuinen binnen door een hekje aan de rechterkant: je hebt al een interessant uitzicht naar beneden. Als je de trap afloopt, steek je het meest geometrische deel van het park over: de zogenaamde "tuin in Franse stijl". Halverwege is er een terras met rode paardenkastanjes, Aesculus carnea..
>>> Volg de rij kastanjebomen en je komt op een rotonde die bestaat uit gewone taxussen, en minder gewone buxussen......
>>> Neem opnieuw de trap om nog een niveau naar beneden te gaan en maak een ommetje om te genieten van twee "gordijnen van lindebomen", twee rijen, die ook heel precies gesnoeid zijn.
>>> Stap verder naar rechts tot aan het bassin. Onderweg, net achter de haag aan je linkerkant, zie je twee grote hybride platanen die het hele gazon in beslag nemen.
>>> Aan het bassin sla je linksaf. Daar bots je op twee monumenten die dialogeren met elkaar: links zie je de XIVe-eeuwse abdijkerk; rechts, in het midden van een gazon, zie je lindes die een groene middenbeuk lijken te vormen.
>>> De weg brengt u vervolgens naar een laatste alleenstaande linde (nog een Tilia x europaea), in het midden van een verhoogde bak: de linde op zijn altaar.
>>> Je loopt vervolgens onder een portiek om naar het westelijke deel van de tuinen te gaan. De stijl is er heel anders, met gebogen paden en een diversiteit aan opmerkelijke plantages. Er is hier een soort MINI-ARBORETUM met enkele zeldzaamheden.
De eerste zeldzaamheid zie je direct voor je: het is een es (Fraxinus excelsior) van de variëteit 'elegantissima'.
>>> Neem dan de centrale laan en stop bij het kruispunt.
Vanop dit centrale punt kan je een boom zien die gestut is met een kruk. Het is een gewone trompetboom (Catalpa bignonioides), een andere zeldzaamheid. Je herkent hem aan zijn grote bladeren en lange boonvormige vruchten.
Je kan ook een Japanse honingboom (Styphnolobium japonicum) zien, die zich onderscheidt door zijn lichte bladerdek met langwerpige bladeren en door zijn vruchten die bestaan uit vlezige peulen.
Deze twee bomen worden beschermd door een omheining: zo wordt de bodemverdichting verminderd. Deze maatregel zou ook goed geweest zijn voor de es die we eerder zagen. Deze omheiningen beschermen ook het publiek, omdat de trompetboom al enkele dikke takken heeft verloren. We kunnen ook de kruk zien, gemaakt van twee balken, die de kruin van de boom gedeeltelijk ondersteunt.*