Adres :
Elsene
Gps-coörd. :
50.8186 , 4.3605
Wetenschappelijke inventarisatie :
Partner :
Deze boom is toegevoegd aan de Wood Wide Web atlas door
Van de ene groene ruimte naar de andere: de wijken Tenbosch en Lepoutre

Identiteit

Latijn :
Fagus sylvatica
Naam FR :
Hêtre commun, hêtre d’Europe
Naam NL :
Beuk
Naam EN :
European beech, common beech
Familie :
Fagaceae
Hoogte :
20 m
Beoogde hoogte :
Deze soort kan tot 35 m hoog worden
Diameter kruin :
12 m
Omtrek van de stam :
275 cm
Verwachte omtrek :
800 cm
Verwachte levensduur :
Kan tot 350 jaar oud worden
Oorsprong/Afkomst :
Europa
Voorkeursbodem :
Alle bodemtypes, weinig veeleisend
Voorkeursklimaat :
Gematigd fris, vochtige omgevingen, kan niet goed tegen droogte
Geïllustreerde plantkunde © Wikimedia Commons - Köhler's Medicinal Plants 1887

Kenmerken/Karakter van het individu

Anekdote over de beuk

De vruchten van de beuk lijken op kleine driehoekige kastanjes. Het zijn beukennootjes. Ze bevatten een eetbaar zaadje. Je kunt ze aan het begin van de herfst verzamelen. Net als kastanjes moet je ze in water laten weken en ze vervolgens poffen. Het vraagt veel geduld om ze te pellen en het dunne giftige velletje eraf te halen dat rond het zaadje zit. Ze zijn overheerlijk maar overdaad schaadt.

Steeds meer restaurants en chefs bieden gerechten aan op basis van wilde planten. De wildplukkers en chefs delen uit eigen beweging sommige van hun ontdekkingen. Net als beukennotenolie zijn ook de zeer jonge bladeren van de beuk eetbaar. Ze hebben een lichtjes zurige smaak die extra pit kan geven aan een salade of een pesto.

Geheimen van de beuk

Beuken zijn grote bomen die onze bossen domineren. Hun gigantische kruinen rijzen omhoog als zuilen. De eerste takken zitten heel hoog, vaak op meer dan 10 meter. Ze strekken zich uit naar de hemel zodat hun bladerdek op zoek kan gaan naar zoveel mogelijk licht.

De bladeren zijn ongelooflijk goed georganiseerd. Ze zijn geplaatst om het minste straaltje zon op te vangen en gebruiken zonne-energie om met name de suiker te produceren die de boom nodig heeft om zich te ontwikkelen.

De grote beuken brengen hun bladerdek naar elkaar toe en vormen samen een dik gewelf dat de zonnestralen filtert. Dat bladerdak is net een immense parasol die de jonge beuken beschermt tegen zonnebrand. Slechts 3 tot 5% van de zonnestralen geraakt tot bij hen. Maar hoe kunnen ze zich dan voeden?

Beuken leven in een gemeenschap. De grootste beuken voeden hun ‘familie’ via hun wortels. Ze zijn daartoe in staat dankzij hun perfecte beheersing van het licht en een verbazingwekkend systeem voor uitwisseling via hun wortels.

Heilzame invloeden van de beuk

Deze boom met zijn weelderige en dicht opeengepakte bladerdek levert immense hoeveelheden zuurstof. Nieuwe en zuivere zuurstof, goed voor onze longen. Hij zuivert de lucht. Zijn bladeren vangen redelijk goed fijne deeltjes op. En hij houdt grote volumes verontreinigende gassen vast. Hij vangt met name CO2 af, het broeikasgas dat verantwoordelijk is voor de opwarming van de aarde. Dat slaat hij in de vorm van koolstof op in zijn hout. Bovendien is zijn diepe schaduw zeer doeltreffend om de temperaturen om hem heen af te koelen.

De beuk is de meest aanwezige boom van het Zoniënwoud. Dat woud is de grote groene long, de luchtfilter en de airconditioning van Brussel.

Om de beuk te herkennen

Schors

Grijs - Fijn

Bladeren

Ovale vorm - Licht gegolfde rand (zachte trilhaartjes op de jonge bladeren)

Bladerdek

Kleur lente: zacht groen - Kleur zomer: glanzend donkergroen - Kleur herfst: oranjebruin - Een deel van de winter zichtbaar (afgestorven blad blijft aan de boom hangen)

Vruchten

Beukennootjes - Borstelige napjes met daarin donkerbruine driehoekige nootjes

Knoppen

Lang - Hard - Zeer puntig - Met schubben - Oker- tot kastanjebruine kleur - In de winter goed zichtbaar op de boom

Bijzondere kenmerken van dit beukenduo

Je ziet ze van heel ver als je de hoek op de kruising van de Waterloosesteenweg en de Renier Chalonstraat omslaat. Ze zijn ook goed zichtbaar vanaf het einde van de Léon Jouretstraat. Voor de kinderen die naar het ‘plaine de jeux’ Renier Châlon komen is het het teken dat ze er bijna zijn.

Het lijken wel twee vriendelijke bewakers bij de hoofdingang. Ze omkaderen de poort en vormen samen een klein gewelf, een soort doorgang die uitnodigt om over te schakelen naar een andere tijd: die van ontspanning en vrijheid! Aan het uiteinde van die lage bladertunnel wachten licht, gesprekken op bankjes en vooral kinderspel.

Je kunt echt zeggen dat deze bomen ‘het spel in gang zetten’. Hun aanwezigheid zet de toon en zorgt voor wat groen bij de speeltuin. Ze geeft zin om er binnen te gaan. Zonder hen zou deze plek eerder lijken op een grote vlakte van zand en asfalt, beplant met een paar bomen. Een landschap vol steen dat veel minder uitnodigend is: een grote woestijn, snikheet in de zomer.

Je hoeft niet gigantisch te zijn om een opmerkelijke boom te zijn. Soms volstaat het om gewoon een centrale rol te spelen in het landschap en in de sfeer van een wijk.

(Teksten en foto's van Priscille Cazin - Sylvolutions)

Dit portret is:

- Verrijkt met een illustratie uit de Belgische Federale Staatscollectie in permanente bruikleen aan de Meise Botanical Garden. Zie bijlage. Met dank aan de bibliotheek (erfgoedcollectie) voor deze bijdrage.

- Een initiatief van Christos Doulkeridis, burgemeester, Audrey Lhoest, schepen van Leefmilieu, Groene ruimten en Beplantingen, Toerisme, college van burgemeester en schepenen van Elsene.

Photo by Priscille Cazin (Sylvolutions) © Elsene/Ixelles
Photo by Priscille Cazin (Sylvolutions) © Elsene/Ixelles
Photo by Priscille Cazin (Sylvolutions) © Elsene/Ixelles
Photo by Priscille Cazin (Sylvolutions) © Elsene/Ixelles
Photo by Priscille Cazin (Sylvolutions) © Elsene/Ixelles
Photo by Priscille Cazin (Sylvolutions) © Elsene/Ixelles
Photo by Priscille Cazin (Sylvolutions) © Elsene/Ixelles
Photo by Priscille Cazin (Sylvolutions) © Elsene/Ixelles